bij 93 patiënten met adenocarcinoom van het bovenste derde deel van de maag en waarbij de onderste slokdarm betrokken was, onderzochten de auteurs de histopathologische veranderingen van het slokdarm-epitheel bij de betrokken laesie, en de prognose. Veranderingen in het oesofageale epitheel werden histologisch verdeeld in vier groepen: hyperplastisch (34 gevallen), atrofisch (26 gevallen), hyperplastisch en atrofisch (gemengd, 20 gevallen) en geen verandering (13 gevallen) typen. Het hyperplastische type was nauw verwant met de uitdijende wijze van invasie en de diepte van de invasie was minder dan gezien met het atrofische type (P minder dan 0,05). Het percentage was significant hoger in gevallen van een curatieve resectie en het resultaat was beter dan waargenomen bij de andere typen (P minder dan 0,01-0,001). Het atrofische type was gerelateerd aan Borrmann type IV van het grofstype en de infiltratieve wijze van invasie, en had een significant langere lengte van slokdarm invasie dan de hyperplastische en de no change types (P minder dan 0,01). De prognose was significant slechter dan gezien bij de hyperplastische (P minder dan 0,001) of de gemengde typen (P minder dan 0,01). Onze studie toont aan dat histopathologische veranderingen in het slokdarmepitheel de chirurg voorzien van nuttige prognostische Indicatoren in gevallen van een adenocarcinoom in het bovenste derde van de maag en waarbij de onderste slokdarm.
Maybaygiare.org
Blog Network
Maybaygiare.org
Blog Network